Actieve buiten spelletjes.

Verstoppertje:

Minimaal 4 personen

 

Hoe werkt het spel?

Je hebt een zoeker. Die staat op een plek dat is de ‘buut’. Daar gaat de speler tellen tot 100 ( als dat nog niet lukt dan kun je ook 10 keer tot 10 tellen). Als de zoeker gaat tellen gaan alle andere spelers op een plek zitten waar je niet goed gevonden kan worden ( je zit verstopt). Is de zoeker klaar met tellen dan gaat de zoeker naar de spelers zoeken. De speler die hij als eerste vind is het volgende spelletje aan de beurt als zoeker. Heeft hij een speler gevonden dan rent hij naar de ‘buut’ daar zegt hij dan: ‘buut ………( op de …… zeg je de naam van de speler). Is de speler eerder dan de zoeker dan zegt de speler: ‘buut vrij’. Dan ben je vrij. Je hoeft bij het volgende rondje dan niet de zoeker te zijn. Is de laatste van de spelers eerder bij de buut dan de zoeker dan mag hij/zij ‘buut vrij voor de hele pot’ zeggen. Dan is iedereen vrij en moet het volgende potje dezelfde zoeker hem zijn.

 

Er zijn nog variante dat is onder andere: 

 

Buskruit

Minimaal 4 spelers

 

Hoe werkt het spel?

Je gaat naar buiten. Je kiest één persoon uit, die wordt de zoeker. Een andere speler schopt de bal weg. De zoeker gaat de bal halen zonder naar de spelers te kijken. Ondertussen kunnen de andere spelers zich gaan verstoppen. Als de zoeker de bal op de plaats heeft terug gelegd mag bij de spelers gaan zoeken. Als de zoeker iemand heeft gevonden moet hij naar de bal rennen en daar zegt hij buut…… (op de … zeg je de naam). Dan is die speler af. Als een speler eerder bij de bal is dan de zoeker dan moet de speler de bal weg schoppen. De spelers die af zijn mogen dan weer mee doen en dan kan iedereen weer op een andere plek gaan zitten. De zoeker heeft gewonnen als alle spelers gevonden zijn.

 

Wat heb je nodig?

  • een bal.

 

 

Tikkertje:

Minimaal 4 personen.

 

Hoe werkt het spel?

Er wordt een tikker aangewezen. De andere spelers rennen weg en de tikker moet de spelers gaan tikken. Als je getikt bent door de tikker dan wordt jij de tikker. En wordt de tikker weer een speler en zo kan het heel de tijd doorgaan.

 

Wc tikkertje.

Minimaal 4 personen.

 

Hoe werkt het spel?

Er wordt een tikker aangewezen (je kunt ook voor meerdere kiezen maar dat ligt aan het aantal spelers). De tikker blijft heel het spelletje de tikker. Als je getikt bent door de tikker moet je op een knie gaan zitten  en een arm in de lucht doen. Je bent af maar je kunt bevrijd worden door de andere spelers. Ze moeten dan op je knie gaan zitten en je hand naar beneden duwen (je trekt dan de wc door). Dan ben je bevrijd en mag je weer meedoen. Het spel is afgelopen als iedereen af is.

 

Televisie  tikkertje.

Minimaal 4 personen.

 

Hoe werkt het spel?

Er wordt een tikker aangewezen. De tikker probeert de andere spelers te tikken. Als een speler bijna getikt wordt kan hij stil gaan staan en zijn armen kruizen op zijn lijf , een tv programma roepen. Heb je het op tijd gezegd dan mag je weer verder rennen en ben je niet af. Als je toch getikt bent ben jij de tikker. Het spel kan zo lang doorgaan.

 

Houten karren.

Minimaal 6 personen.

 

Hoe werkt het spel?

Er wordt een tikker aangewezen. De tikker probeert de andere spelers te tikken. Ben je getikt? Dan ga je mee tikken dat doe je met elkaar, je houdt elkaar vast. Als er 4 mensen aan elkaar zitten (de tikkers) dan mag je splitsen dan krijg je weer 2 groepjes van 2 en zo gaat het verder tot iedereen getikt is.

 

Spoorzoekertje.

Minimaal 4 personen.

 

Hoe werkt het spel?

Je maakt 2 groepen. De ene groep gaat een route lopen en de andere groep gaat ergens wachten. Je mag niet kijken! De eerste groep neemt stoepkrijt mee en gaat de route die ze lopen markeren (ze gaan aanwijzingen op de weg zetten) zo kan de andere groep de route lopen. De tweede groep  gaat die route lopen. Door de aanwijzingen kan groep 2 groep 1 vinden. Je kunt ook opdracht door de route doen zoals vind 3 verschillende soorten blaadjes. Dat kun je dan ook controleren. Als groep 2 groep 1 heeft gevonden word het omgedraaid. Wie het snelste was heeft gewonnen.

 

Wat heb je nodig?

  • Stoepkrijt.
  • Andere spullen die je zelf wilt gebruiken.

 

Springtouwen.

Minimaal 3 personen.

 

Wat moet je doen?

Je hebt een groot springtouw aan iedere kant staat een persoon. Die draaien het springtouw rond. De andere speler kan gaan springen in het springtouw. Als je niet goed springt raak je het touw en ben je af. Dan wissel je met de personen die het springtouw draaien.

 

 

 

 

Er zijn verschillende liedjes voor het springtouwen:

 

liedje 1:                 beertje, beertje spring maar in, 
beertje, beertje draai u om, 
beertje,beertje tik de grond,
beertje, beertje poets uw tanden
beertje, beertje was uw handen 
beertje, beertje droog ze af, 
beertje,beertje maak uw kruis, 
beertje, beertje ga naar huis

 

liedje 2:                Rode bessen lust ik graag 
maar zwarte nog veel liever
mooie meisjes kus ik graag
maar jongens nog veel liever
raad eens wie ik tegenkwam?
........ met haar jongeman
ik zou wel willen weten
Hoe die man zou heten..
A, b, c, d, e, f.........enz ( Eruit springen bij de eerste letter van de naam van degene waar je verliefd op bent).

 

liedje 3:                De dikke burgemeester
Die kon niet bij de bel
Toen gaf ik hem een duwtje
Toen zei die dank je wel
Toen gaf ik hem een schop
Toen zei die donder op…
( Met tweeën inspringen, burgemeester voorop. Eerst geef je hem een duwtje, dan geef je hem een schop en zorg je ervoor dat je snel weer uitspringt.)

 

liedje 4:                Karel 1, brak zijn been,
Karel 2, sprong in zee,
Karel 3, brak zijn knie,
Karel 4, dronk een glas bier,
Karel 5, sloeg zijn wijf,
Karel 6, kurk op de fles,
Karel 7, klok op zeven,
Karel 8, soldaat op wacht,
Karel 9, gaf de zegen,
Karel 10, wie niet weg is, is gezien!